Column: Wat valt er naast de Tour te winnen in bed?
Het is inmiddels veertig jaar geleden dat Joop Zoetemelk de legendarische woorden: ‘’De Tour win je in bed’’ uitsprak. De toen kersverse winnaar van de Tour de France was hiermee een van de eerste topsporters die het belang van een goede nachtrust benadrukte. Tegenwoordig hebben we het over ‘slaaphygiëne’ en is slapen een net zo wezenlijk onderdeel van wielrennen als schakelen. Team Ineos volgt heuse slaap protocollen, en ook Team Jumbo-Visma sleept matrassen heen-en-weer, gebruikt verduistergordijnen en mobiele airco’s voor een juiste kamertemperatuur per renner. Maar wat valt er te winnen voor renners die de jongensdroom van de Tour de France hebben laten rijden, maar nog altijd dromen (mits ze kunnen slapen uiteraard) over Strava KOM’s door de woonwijk en peak power records bij WattCycling?
Slapen is een raadselachtig fenomeen wat me meer dan eens wakker heeft gehouden. We weten dat slapen belangrijk is; we snappen alleen niet altijd goed waarom. Wat het precieze nut van slapen is, hoeveel je moet slapen om gelukkig en gezond te zijn, en waarom de een zo indommelt en de ander grootste moeite heeft om in slaap te komen zijn nog altijd wetenschappelijke raadsels waar hier en daar slechts een goede gis naar is gedaan. Dit zou in potentie dus een hele korte column kunnen worden, maar gelukkig zijn er ook een aantal zaken die we wel weten.
We zijn ongeveer een derde van ons leven zoet met slapen. In die zin zijn we dus een derde van ons leven gelijk aan mensen als Tom Dumoulin, Mathieu van der Poel en Marianne Vos. Een fijne gedachte die me toch een klein beetje wereldkampioen laat voelen. De meeste mensen zijn doorgaans ook een derde van hun tijd aan het werk en hard aan het zwoegen om ervoor te zorgen dat dat niet dezelfde uren als de slaap uren zijn. Veel kantoren hebben in mijn ogen dan ook wat weg van een betaalt sociaal slaap experiment. Ook hiervoor geldt; ‘de een wat meer dan de ander’.
Er is tevens geen enkel lichaamsdeel dat geen baat bij slapen heeft of niet lijdt onder slaaptekort. Als je maar lang genoeg niet kunt slapen, ga je dood – hoewel het een raadsel is waaráán je dan precies doodgaat. Saillant feitje: op mijn geboortedag hebben ze aan de Universiteit van Chicago tien ratten wakker gehouden. Het duurde elf tot tweeëndertig dagen voor ze aan een fatale uitputting bezweken. Bij de sectie vertoonden de ratten echter geen fysieke afwijkingen die hun einde kon verklaren. Het lichaam had ze gewoon ‘in de steek gelaten’.
Terug naar de wat positievere insteek; ook al kunnen we niet zo heel veel verklaren, is slaap wel met allerlei biologische processen in verband gebracht: het opslaan van herinneringen, het herstellen van de hormoonbalans, opgehoopte neurotoxinen uit de hersenen verwijderen, het immuunsysteem resetten en het laten dalen van de bloeddruk. Wat dat betreft klink slapen als een soort van nachtelijke schoonmaak en doorsmeerbeurt van de lichamelijke ketting en draait slapen duidelijk om meer dan een beetje uitrusten. Het maakt ons geschikt om wakker te zijn.
Na wat slapeloze nachten Google’en zit ik vol met feitjes over slaapcycli, pijnappelklieren, HRV-metingen, en dieren die hun lichaamstemperatuur in een winterslaap zo kunnen laten dalen (tot onder het vriespunt) dat het meer weg heeft van een narcose of diepgaande bewusteloosheid dan een slaap zoals wij die kennen. Het is daarnaast zelfs zo dat 56% van de meest verkochte geneesmiddelen gericht zijn op lichaamssystemen die gevoelig zijn voor tijd. Een paracetamol op het verkeerde moment heeft dan ook nauwelijks tot geen nut. Toch zijn er zover ik weet geen dingen die in de slaap gedaan kunnen worden, die we niet gedaan zouden kunnen krijgen als we wakker zijn en ons kunnen ontspannen.
Misschien komt dat wel omdat wanneer we in deze wereld slapen, we wakker zijn in een andere. Al is dat weer een twijfel waar ik waarschijnlijk weer wakker van ga liggen. Dromen lijkt in ieder geval niet meer te zijn van een bijproduct van de nachtelijke schoonmaak. Terwijl de hersenen vuilnis afvoeren en herinneringen consolideren, gaan de zenuwcircuits willekeurig aan en brengen ze kortstondige gefragmenteerde beelden voort. Een beetje alsof je op zondag middag veldrijden hebt opgenomen, omdat je zelf aan het fietsen was. En deze vlak voor het sportjournaal versnelt afspeelt en hier en daar even op play drukt. Een soort onsamenhangende stroom herinneringen, fantasieën en emoties die samen hopelijk net een zinnig verhaal vormen.
Tot zover een hoop informatie om bij in slaap te vallen, maar nog nauwelijks aanknopingspunten die een verzetje bieden om harder te gaan fietsen. Ik hou van slapen. Al is het maar omdat mijn leven de neiging heeft om op chaotische wijze, als een geplette banaan in een achterzak, uiteen te spatten als ik wakker ben. Als doorgewinterde slechte slaper zit je dan met een klein probleem. Nu hebben jaren van dagelijkse notities over eten, schermtijd, inspanningen, via bloedtesten, tot aan de lavendel met valeriaan onder mijn voeten smeren aan toe, me wel een aantal inzichten gegeven.
Het willekeurige daarvan valt goed te uit te leggen aan de hand van een beroemd experiment uit 1962 van de Franse wetenschapper Michel Siffre. De beste man zonderde zich ongeveer acht weken af, met veel slaap, diep op een berg in de Alpen. Zonder klokken, nog niet bestaande mobieltjes, e-readers of andere aanwijzingen omtrent het verstrijken van tijd, moest Siffre gissen wanneer er vierentwintig uur voorbij waren. Tot zijn verbazing merkte hij dat, toen er volgens zijn berekeningen zevenendertig dagen verstreken waren, het er in feite achtenvijftig waren. Toen hem werd gevraagd om een tijdsverloop van twee minuten in te schatten, wachtte hij ruim vijf minuten. Kortom, zijn hele perceptie van tijd was flink ontregeld!
Anno 2020, waar we steeds meer voor elkaar willen krijgen in steeds minder tijd is dat een interessant gegeven. Zo lang het koersen op de fiets gaat om de renner die in de minste tijd, als eerste over de meet komt, kan door een ontregelde perceptie van tijd iedereen zich een winnaar voelen! Dan kan immers de rode lantaarn in koers zich in het geel wanen en valt niemand bij WattCycling buiten de tijdslimiet. Ik stel dan ook voor om komende week bij WattCycling op trainingskamp te gaan de bergen van Mallorca in. Een beetje eten, een beetje fietsen, maar vooral genoeg en goed slapen.
Geschreven door WattCycling trainer Boyd ‘El Tractor’ Welsink
Ook een onverwoestbare tractor kan wel eens sputteren
Wil je ook trainen bij WattCycling, maar nog geen lid? Volgende week organiseren we ook veel leuke trainingen. Doe een introductietraining en ervaar ook de meerwaarde van de WattCycling trainingen!