Heruitvinden (WattCycling column)
Het is af en toe even zoeken. Best vaak zelfs. Naar nieuws dat opbeurt. Een samenvatting van honderd dagen oorlog, stikstof en plastic gerelateerde milieudoelen die de verkeerde kant op bewegen en de vele miljoenen per jaar die blijkbaar nodig zijn om ons de wijsheid bij te brengen dat we gewoon een beetje lief voor elkaar moeten zijn. En niet alleen op de sportvelden of in de scholen, maar ook op Schiphol, in het peloton of in de rij voor de kassa. Het kan overal, dat maakt het nou net zo leuk. Maar als zelfs de man die van problemen een uitdaging maakt, en betaalbare elektrische auto’s in een op een met NASA concurrerende raket de ruimte inschiet, aangeeft dat hij over zaken een ‘super slecht gevoel’ heeft, wil ik me af en toe het liefst op Mars verstoppen en mijn fietslampjes uitdoen. Op zo een moment zit er meestal maar één ding op… Lees verder.
Onlangs werd ik door iemand een schier optimist genoemd. Ik had nog nooit van deze woordencombinatie gehoord, en kon in eerste instantie aan niets anders denken dan iemand die immer positief ingesteld schelpen zocht op de stranden van Schiermonnikoog. Schier ken ik vooral van schier onmogelijk, en ik wist dus even niet hoe ik dit moest opvatten. Nu weet ik sinds kort dat ‘ik vind dat je dit volwassen hebt aangepakt’ ook complimenteus bedoeld kan zijn, en niet hoeft te betekenen dat je al je jeugdige frivole speelsheid verloren bent en het leven bovenmatig in schema’s, vergelijkingen en lijstjes vat. Ik vond het in ieder geval interessant, want zo zie ik mezelf niet. Tenminste, soms wel. Heel erg zelfs. Maar soms ook het tegenovergestelde, en nog veel vaker ben ik twee dingen op hetzelfde moment. Een optimistische pessimist die dingen jongvolwassen probeert aan te pakken, en daarmee ook het tegenovergestelde. De vraag die als een gelletje met cafeïne in volle sprint onmiddellijk opborrelt is: “doet dit er eigenlijk wel toe?” Maakt het uit of ik meer het een of het ander ben? Heeft het zin om rondjes in mijn eigen zijn te gaan fietsen of kan ik mijn tijd, denken en aandacht beter besteden aan de problematiek van de buitenwereld?
Via de schimmer (een combinatie tussen schier en immer, ik plug het nu alvast en hoop dat het in 2044 verkozen wordt tot woord van het jaar) inspirerende Floor Rusman kwam ik uit bij een nieuw boek van Francis Fukuyama, die in woorden vol afkeer en onbegrip korte metten maakt met de ‘zoektocht naar het zelf’. De ondernemende zoektocht met behulp van meditatie, coaching en rondjes fietsen zou een overmatige vorm van zelfreflectie zijn die mensen juist wegleidt van betrokkenheid bij het maatschappelijke en politieke. Valt wat voor te zeggen, maar hoe verhoudt dit zich tot de woorden van Miriam Rasch, die in haar pas verschenen boek stelt dat zelfkennis nodig is om beslissingen te kunnen nemen, omdat je moet weten wat je belangrijk vindt? Dus met jezelf aan de slag gaan, je handelingen, motieven, denken en redenaties onderzoeken, jezelf door de tijd heen observeren en je gevoelens leren herkennen en duiden.
Ik weet niet of het een volwassen aanpak is of juist niet, maar volgens mij sluit het een het ander niet uit. Want is zelfkennis dan niet júíst nodig om zuiver betrokken te kunnen zijn bij de (maatschappelijke) zaken die het zelf liggen? Als we dit met elkaar willen rijmen hoeven we schimmer maar één ding los te laten: de gedachte dat mensen één ding zijn, of één kijk hebben. En dat lijkt mij een mooie stap. De zoektocht naar jezelf zal hoogstwaarschijnlijk geen mens uit één stuk opleveren, of zoals Miriam Rasch het prachtig verwoord: “De kennis die de introspectieve detective opdoet, zal even paradoxaal zijn als het zelf (en het leven) waaruit die kennis voortkomt.”
Als er al ergens een ware ik, kern of essentie verstopt ligt, is het er een vol tegenstellingen. Je kan tegelijkertijd klimmer en tijdrijder zijn, vriend en collega, wel en geen kinderen willen (zelfs als je ze al hebt), introvert en extravert. Dat betekent niet per definitie een persoonlijkheidsstoornis of het niet (durven) vastleggen van een karakter, maar wel dat een karakter uit meerdere personages bestaat die elkaar heel hard kunnen tegenspreken. En zoals bij renners in de koers is het ene karakter soms beter in vorm dan de andere. En dan is het heel goed mogelijk dat net dat beetje extra glans, als een Wout Poels in de Giro d’Italia, pas in de derde week komt doorzetten. Of dat het de doemdenkende pessimist in mij is die ervoor zorgt dat de optimist überhaupt zijn bed niet uit wil. Het is dan ook goed deze verschillende personages van onszelf aan het woord te laten en te luisteren naar het gesprek daartussen. Misschien ontwikkelen we wel wat empathie. Voor onszelf en anderen. Het biedt ons de kans om wel uit bed te komen. Wanneer je de mensen leert kennen waaruit je bestaat hoef je in ieder geval nooit meer alleen naar buiten.
En het was midden in deze gedachte dat ik weer een digitale bladzijde van slecht nieuws omsloeg en zijn naam zag staan verstopt onderaan het sportkatern: Davide Rebellin. De winnaar van onder andere Olympisch zilver, Luik-Bastenaken-Luik en de Amstel Gold Race. Na een dubbele beenbreuk in de Memorial Marco Pantani afgelopen september is het even stil geweest rond de Italiaan, maar nu stond hij voor zijn terugkeer in het peloton als renner. In de eerste etappe van de Giro dell’Appenino eindigde hij vandaag als 12e, wat exact dezelfde positionering is als… 28 jaar geleden! De inmiddels 50-jarige liefhebber reed in 1994 tussen Evgeni Berzin en Claudio Chiappucci (!!) naar eenzelfde resultaat. De beste man is al 30 jaar prof en voelt nog altijd een speciale mix aan emoties van adrenaline, plezier en passie wanneer hij weer een nummer op zijn rug mag spelden. Gevraagd naar zijn terugkeer zei hij voor de sociale kanalen van zijn ploeg in rustig doch bevlogen Italiaans het volgende: “Ik weet niet voor hoelang ik weer kan rijden, voor hoeveel wedstrijden, maar het belangrijkste is om in je dromen te blijven geloven en opnieuw te beginnen. Elke keer weer. Jezelf blijven heruitvinden.”
Mooie woorden van een man die Michael Boogerd tweemaal in twee weken op de meet wist te verslaan. Ik dacht toen dat hij zijn carrière in stijl aan het afsluiten was. Dat was in 2004, 18 jaar geleden…voor nu weet ik in ieder geval genoeg. Tijd om uit bed te komen en de karakters die aansluiten bij mijn dromen weer in vorm te krijgen. Mezelf blijven heruitvinden. Waaronder op de fiets.
Geschreven door WattCycling trainer Boyd ‘El Tractor’ Welsink
Ook een onverwoestbare tractor kan wel eens sputteren
Komende week staan er verschillende koersen op het programma bij WattCycling. Je kan komen aanvallen in de Dauphiné, klassement rijden in de Ronde van Zwitserland of de Mont Ventoux op draaien. Mocht je nu even niet naar buiten willen, maar jezelf beter tegen willen komen, dan kan je bij de Allround trainingen jezelf opzoeken in de vorm van 20’ minuten zo hard als je kan. Een onderonsje met de Wattbike waar weinig spiegels en zelfhulpboeken tegenop kunnen.