Onbehagelijk lekker
Het fietskalender jaar 2020 is pas net beëindigd, maar de voorbereidingen voor 2021 zijn alweer in volle gang. FTP testen bij BEAT cycling, materiaal testen bij Jumbo – Visma en de jeugdige parels die gescout zijn tijdens de jongerenvakantie van Team Sunweb op Chersonissos mogen de babymelk inruilen voor de Pepto Pro van DSM. In een zeer kort en krachtig seizoen is veel wattage kruit verschoten, maar met de kruitdampen nog in de lucht is het alweer tijd om de carbon loop te laden voor de cartouches van 2021. Maar hoe zet je de kop weer op scherp wanneer deze een intervallig jaar vol restricties, afgelastingen en onvervulde verlangens achter de rug heeft en de toekomst evenmin fiets zeker is?
De Spaanse zon en berglucht ingeruild hebbende voor kou, regen, drukte en ondanks het vuurwerkverbod opvallend veel korte lontjes, is het gevoel van onbehagen me momenteel niet vreemd. Iets meer profiel aan deze term hangen zorgt dan ook hopelijk voor meer grip. Hoe makkelijk het in deze tijden ook is om te zeggen dat onbehagen iets is wat voorkomt uit onderdrukking, is het meer dan dat.
In principe staan we iedere dag tegenover iemand (of jezelf in de spiegel), aan wiens verlangen we nooit volledig kunnen voldoen. Dan zijn verlangens ook nog meer dan eens onderling tegenstrijdig. Vraag dat maar eens aan de ploegleiders van Team Sunweb die met Wilco Kelderman de Giro wilde winnen, maar ook Jay Hindley niet wilde opgeven. Alsof dat nog niet genoeg is zit er ook nog een dubbelzinnig randje aan dat lustige verlangen: we streven doorgaans een genot na dat verdwijnt op het moment dat we het bereikt hebben. Het hebben van de zaak, is veelal het einde van ’t vermaak. Maar toch zullen we altijd verder klikken, trappen en swipen op zoek naar een volgend object dat het definitieve genot zal brengen. Kortom; een wereld zonder onbehagen lijkt nagenoeg onmogelijk.
Bas Heijne ziet het moderne onbehagen vooral als de breuk tussen de wereld in je hoofd en de wereld er buiten. Een knap staaltje spanning tussen het verbeelden en inbeelden. Je geeft je leven vorm door het te verbeelden, maar in die beelden kan je ook opgesloten raken, waardoor je afgesloten raakt van de realiteit buiten je hoofd. Allemaal leuk en aardig, maar in ieder geval af en toe van dat onbehagelijke gevoel afkomen zou toch wel lekker zijn. Maar kan ik dat wel? Heb ‘ik’ nog wel wat te willen? De auto weigert immers te starten als ik mijn gordel niet om heb en thuis heb ik ook al weinig te vertellen (daar gaat mijn kerst cadeautje…).
Na de verwarming te hebben opgestookt en het behaaglijk warm te hebben gemaakt in huis, ben ik de boeken in gedoken op zoek naar een verlossende gpx-route om van onbehaaglijkheid tot genot te komen. Het goede nieuws is; het kan. Het mindere nieuws is; het is tijdelijk.
Allereerst door een opvulling van het gemis of tekort. Met een ferme sprint op de fiets (of een gelieve zelf in te vullen korte lichamelijke reactie) kan je jezelf even verliezen en samen laten vallen met je lichaam. Een kortstondige ontlading, waarna de verdeeldheid en onbehagen snel weer terugkeert. Leuk gevonden van Freud, maar er is meer.
Volgens Aristoteles gaat het niet om het op te heffen tekort, maar over een zich verliezen in een langdurige activiteit die aansluit bij ons zijn. De aard van de activiteit is geheel onbelangrijk, zolang de activiteit maar aansluit bij het wezen van diegene die het uitvoert. Deze oplossing is nog steeds tijdelijk, maar bij dit genot wordt het onbehagen wel langer opgeheven dan bij de Freudiaanse versie.
Dus als we toch eens iets konden bedenken waarbij korte lichamelijke ontladingen gecombineerd konden worden met een langere activiteit, die ook nog eens aansluit bij het wezen van de wielrenner… dan zouden we echt lekker bezig zijn. Voelt u hem aankomen? Iets met sprints en intervallen ingepakt in een training van 80 minuten?
Blijven we wel zitten met de tijdelijkheid van dit genot. Met een beetje mazzel zijn er twee of drie WattCycling trainingen mee te pakken, maar we zullen hoe dan ook moeten leren leven met het gevoel van onbehagen. Is dat erg? Absoluut niet!
Ons lustprincipe heeft realiteit nodig. En ook in die onbehagelijke realiteit vol complexiteit en weerstand is een roes te vinden. Een compliment verpakt in een volzin, recht in iemand zijn gezicht is vele malen taaier dan een duimpje geven op Strava. Maar juist dat onbehagen die bij de confrontatie hoort stelt ons in staat nieuwe dingen te ontdekken en onze eigen opvattingen tegen het kerstlicht te houden. Dus zoek die koude fietsrit op, zet die stap extra en blijf ideeën opzoeken waar je het niet vanzelfsprekend mee eens bent. Het zal nooit alleen maar lust en genot zijn, maar we kunnen er wel het beste van maken. Om af te sluiten met woorden van de ontembare, onuitputtelijke en bijna 100-jarige opperheld en framebouwer Ernesto Colnago: ‘’We must not get too excited, but we shouldn’t get depressed either. We just have to keep pedalling.’’
Komende week staan alle trainingen bij WattCycling in het teken van intervallen. Korte en iets langere momenten van genot en onbehagen zullen elkaar afwisselen. Ingepakt in een kerstverpakking van 80 minuten. Luister naar Ernesto en kom vooral trappen!
Geschreven door WattCycling trainer Boyd ‘El Tractor’ Welsink
Ook een onverwoestbare tractor kan wel eens sputteren